Ook een scharrelkip heeft een ecologische “poot”afdruk, hier bij Rollie’s proberen we die afdruk zo klein mogelijk te houden door enkele doordachte maatregelen:
Door kwalitatieve leveranciers dichtbij te kiezen, en onze klanten in de streek te bedienen, kunnen we de verplaatsingen beperkt houden, zodat de ecologische voetafdruk naar vervoer (en dus CO2 uitstoot) toe beperkt blijft.
De elektrische energie op het bedrijf wordt grotendeels uit zonnepanelen gegenereerd. De zonnecellen bevinden zich boven een vijver ipv op een dak. Zo blijven de cellen koeler, en blijft het rendement bij hitte behouden. Deze installatie levert 48000 Wattpiek.
Een tweede zonne-energie installatie staat op rail en volgt de zon tijdens haar reis door de hemel. De constructie draagt 162 panelen. Ze meet 22 x 10 meter en levert 32000 wattpiek. De zon volgen levert 105% ipv de gebruikelijke 85% rendement.
Door het gebruik van satellietgestuurde zonnekoepels halen we het natuurlijk zonlicht in de kippenstal (zonder de overbodige warmte) binnen en rationaliseren we zo onze energiebehoefte naar licht en ventilatie toe.
Een zuiveringsinstallatie maakt vanaf heden het ondiep grondwater perfect drinkbaar voor de kippen. Op deze manier sparen we de Landiaan waterlaag, deze laag bevind zich op 50 m diepte en moet dienen als reserve drinkwaterlaag voor de bevolking.
Als reinigingswater gebruiken we ontsmet regenwater.
De kippenmest wordt eerst gedroogd door middel van de minimumventilatie; en later verwerkt tot verrijkte humus. Door het drogen wordt deze mest veel lichter. Dit betekent minder vrachtwagens op de weg en dus minder CO2 uitstoot.
08.12.2014 “Biovoeding is een luxe voor de welvarende klasse"
“Met biovoeding kunnen we onze wereldsteden niet voeden, en nostalgie naar ambachtelijk voedsel is heimwee naar een mythisch verleden”, dixit de Nederlandse landbouwexperte verbonden aan de Universiteit van Wageningen Louise Fresco. Zij stelt dat enkel grootschalige landbouw in staat is om onze groeiende wereldbevolking van voedsel te voorzien. Daarbij ziet zij geen graten in ggo’s en noemt ze Europa zelfs conservatief in haar verbod. Maar ze gelooft ook in wetenschappelijke vernieuwingen die minder controversieel zijn zoals aquacultuur, veevoeder op basis van insecten en fotosynthese.In een tijd waarin de roep om ambachtelijk en biologisch geproduceerd voedsel steeds luider klinkt, is de mening van de Nederlandse landbouwexperte Louise Fresco op zijn minst tegendraads te noemen. Zij stelt dat we dolblij moeten zijn dat er goedkoop massaal geproduceerd voedsel bestaat omdat we enkel daarmee miljarden mensen kunnen voeden. Om dezelfde reden is zij ook niet gekant tegen ggo’s en andere wetenschappelijke vernieuwingen die onze voedselproductie efficiënter kunnen maken.
Helaas waagt geen enkele Europese politicus zich aan ggo’s, ondanks het feit dat de Europese autoriteit voor voedselveiligheid EFSA al meerdere keren groen licht gaf voor onderzoek. Ze verwijt Europa dat het veel te conservatief en inconsequent is. “Honderden miljoenen Amerikanen eten al jaren genetisch gemodificeerde soja en mais, en er zijn geen aanwijzingen dat ze gezondheidsrisico's lopen. Bovendien voeren we ondertussen wel heel wat Amerikaans voedsel in dat ggo's bevat. Soms bieden ggo's echt een oplossing voor een probleem dat we anders niet zouden kunnen aanpakken. Een spectaculair voorbeeld is transgeen katoen in India. Via genetische modificatie maakt een ingebrachte bacterie de katoenplant bestand tegen insecten. Die Indiase boeren zijn dolgelukkig, want ze gebruiken sindsdien spectaculair minder pesticiden, hebben minder kosten en veel betere opbrengsten.”
Fresco heeft hierdoor ook een broertje dood aan gedweep met kleinschalige en biologische landbouw. “Biovoeding is nu eenmaal een luxe is die alleen de welvarende middenklasse zich kan permitteren. We kunnen er nooit onze wereldsteden mee voeden. Als we al ons voedsel biologisch willen, hebben we zes keer zoveel land nodig”. De wetenschapster verduidelijkt dat enkel dankzij de hoogproductieve landbouw het aantal beschikbare calorieën per hoofd met een kwart kon stijgen, ondanks de verdubbeling van de wereldbevolking. Daarenboven noemt ze nostalgie naar ambachtelijk voedsel “heimwee naar een mythisch verleden dat nooit heeft bestaan”. Fresco benadrukt: “Voor de komst van de intensieve landbouw het boerenleven keihard was in Europa. In het Zuiden is dat nog altijd zo. Alleen met machines en meststoffen kunnen ze hun productiviteit daar gevoelig opkrikken. Kijk naar de boeren in de Sahel, hun opbrengsten zijn van hetzelfde niveau als die van ons in de middeleeuwen”.
Fresco ziet nog enkele nieuwigheden in de toekomst van voedselproductie zoals aquacultuur, vee - en visvoeder op basis van insecten, eiwitten en omega-vetzuren uit algen in plaats van uit vis, de fotosynthese van planten efficiënter maken of planten stikstof laten opnemen uit de lucht. “Stikstof zit natuurlijk in kunstmest, maar ook gewoon in de lucht. Er zijn planten die via symbiose met een bacterie die stikstof direct uit de lucht kunnen halen. We doen daar al vrij lang onderzoek naar, want als planten straks zelf meststoffen uit de lucht plukken, heb je geen kunstmestindustrie meer nodig.” Tot slot zit er mogelijks nog een evolutie aan te komen die het gebruik van ggo’s overbodig zou maken. “Dankzij de ontrafeling van het DNA van planten weten we steeds beter welk gen waarvoor dient. Maar sommige 'knopjes', genen die bijvoorbeeld eiwitten en ijzer zouden kunnen aanmaken, staan om evolutionaire redenen uitgeschakeld. Als je die opnieuw aanzet, maak je de voedingswaarde van die planten natuurlijk een pak interessanter.”